Onlangs had ik het er met een van onze collega’s over dat één dag in de week dicht gaan al teveel zou zijn bij ons Stadscafé. Veel collega-restaurateurs hebben, vooral na corona een zomerstop ingevoerd; drie weken de tent dicht, iedereen op vakantie en fris het nieuwe seizoen weer in. Bij ons gaat dit iets anders en dat brengt de nodige uitdagingen met zich mee. Maar het zorgt er ook voor dat de deur dagelijks open staat voor vaste bezoekjes van onze gasten.
Daar ineens op zaterdagochtend een handgeschreven briefkaart. Ik keek Saskia aan en we wisten beiden genoeg. Ik weet niet meer exact vanaf welk moment, maar de laatste jaren van Hans sleet hij veel tijd in ons Stadscafé. Een jonge borrel, een fluitje in een ouderwets fluitjesglas, een latte macchiato en altijd de krant. Liefst eerst de NRC en de Volkskrant er gelijk achteraan.
Hans parkeerde zijn scootmobiel voor de deur. Met de wandelstok, hup naar binnen en dan zat hij op zijn vaste stek aan de leestafel. Hij maakte soms een praatje met andere gasten, liet zo af en toe zijn beeldhouwwerken zien. Iedereen in ons team kende Hans en we zijn blij dat ons café zijn vaste uitje van de dag was.
Laatst gaf Hans iets te veel gas bij het parkeren van z’n kar: tikje tegen de bloempot en een barst erin. Ojee! Een paar dagen later kwam ik zijn vrouw tegen en die vertelde dat hij erg geschrokken was. Nu lukte dit ook al niet meer…
Ouder worden. We hebben er allemaal mee te maken in ons leven. Wat voor de één een kleine moeite is kan juist voor de ander een grote uitdaging zijn. De vaste loopjes van jullie, onze gasten, zou ik niemand willen ontnemen. Die van Hans gaan we missen.
Tot morgen, volgende week of gewoon later.
Liefs Wouter